Instellingen voor packet-gegevens
Selecteer
Menu
>
Instellingen
en
Connectiviteit
>
Beheerinstell.
>
Packet-
ggvns
.
De instellingen voor packet-gegevens gelden voor alle toegangspunten waarvoor
een packet-gegevensverbinding wordt gebruikt.
Connectiviteit 153
© 2011 Nokia. Alle rechten voorbehouden.
Maak een keuze uit de volgende opties:
Packet-ggvnsverbinding — Als u
Automat. bij signaal
selecteert en u bent in
een netwerk dat packet-gegevens ondersteunt, wordt het apparaat geregistreerd
op het packet-gegevensnetwerk. Het starten van een actieve packet-
gegevensverbinding (bijvoorbeeld voor het versturen en ontvangen van e-mail) is
een snellere optie dan wanneer het apparaat een packet-gegevensverbinding tot
stand brengt wanneer het nodig is. Als er geen packet-gegevensverbinding is,
probeert het apparaat geregeld een packet-gegevensverbinding tot stand te
brengen. Als u
Wanneer nodig
selecteert, gebruikt het apparaat alleen een packet-
gegevensverbinding als u een toepassing of actie start waarvoor een packet-
gegevensverbinding nodig is.
Toegangspunt — U moet de naam van het toegangspunt invullen als u het
apparaat wilt gebruiken als packet-gegevensmodem voor de computer.